HET VOLENDAMS MUSEUM IS GESLOTEN VAN 6 JANUARI TOT EN MET 8 MAART
HET VOLENDAMS MUSEUM IS GESLOTEN VAN 6 JANUARI TOT EN MET 8 MAART
Het Volendams is een levend Waterlands dialect, dat zowel Frankische, Friese als Saksische kenmerken vertoont. Kort na 1300 vestigden zich van de Franken afstammende ontginners uit Zuiderwoude in en rond Volendam. Na de opkomst van de buitenvisserij waaierde de bevolking van Volendam steeds verder uit over het achterland en langs het hele Zuiderzee- en Waddengebied.
Alleen al tot 1860 trokken 1.236 instromers uit meer dan 100 plaatsen in Nederland en het buitenland naar Volendam. De grootste groep bestond uit Schokkers, die hun door het water bedreigde eiland vanaf 1700 begonnen te verruilen voor het na de Hervorming merendeels katholiek gebleven Volendam.
Professor Van Ginniken benadrukte de invloed van het Schokkers dialect op dat van Volendam. Maar invloeden kwamen ook vanuit het nabije achterland en de Zaankant en ook Amsterdam waar de Volendammers al vroeg visten op het IJ en aanliggende meren.
Daarnaast was er inbreng vanuit Drechterland en het Eiland-Westfries van Wieringen, Texel en uitvalshaven Nieuwediep, dat al in de 17e eeuw de uitvalshaven was van de Volendamse Noordzeevissers.
Met West-Terschelling van 1781 tot kort na 1900 als tweede thuishaven ontstond vervolgens het contact met het nog sterker Fries getinte Westerendse dialect. Naast Nieuwediep, Harlingen en Enkhuizen was de belangrijkste aanvoerhaven Amsterdam, waar Jordannees en Jiddisch van invloed waren terwijl via de grote vaart weer de nodige scheepstermen en Maleis werden opgedaan.
Door al die invloeden groeide het Volendams uit tot een mengdialect, dat uiteraard ook is veranderd. Door de teruggang van visserij en klederdracht raakten veel woorden en zegswijzen in onbruik.
De opmars van het Algemeen Nederlands ten koste van het dialect wordt door velen bestreden. Zo kwamen er nieuwe leerstoelen en namen onderzoeken en activiteiten toe. In Limburg vindt 75% van de bevolking dat het dialect goed is voor het gevoel van eigenwaarde en zelfbewustzijn. Diverse organisaties spannen zich daar samen met het onderwijs in voor het naast elkaar gebruiken van het dialect en Algemeen Nederlands in creatieve taaluitingen van volkscultuur als literatuur, toneel en muziek. Leerkrachten krijgen er bijscholing ter bevordering van het dialectgebruik bij de jeugd, dat te vaak beperkt blijft tot de sociale media.
Naast het officiële Nederlands en Fries zijn het Limburgs en Nedersaksisch volgens het Europees Handvest door de regering als regionale talen of minderheidstalen erkend.
Het Volendams neemt met zijn historisch verankerde Frankische, Friese en Saksische wortels een unieke positie in.
Uit ‘Over Volendams gesproken’, door Jan en André Kes (2019) en bewerkt door Dick Bond
Overige nieuwsberichten
Stichting Volendams Museum
Zeestraat 41 | 1131 ZD | Volendam
KvK 4123057